Meer flexibiliteit voor bedrijven als uber en airbnb met respect voor traditionele sectoren

Nieuwe spelers op de markt, zoals AirBnb en Uber, staan vandaag tegenover een heleboel uitdagingen. Rechtszaken met hoge boetes en zelfs een verbod als gevolg zijn realiteit geworden. De Europese Commissie erkent het probleem en stelt vandaag een aantal richtsnoeren voor om lidstaten aan te moedigen flexibeler om te gaan met deze bedrijven, die overigens bijdragen tot de creatie van groei en jobs.

 Europees Parlementslid Anneleen Van Bossuyt (N-VA) is tevreden dat de Europese Commissie het probleem inziet: “Het is positief dat de Commissie richtsnoeren geeft voor de ontwikkeling van de deeleconomie. De ‘sharing economy’ biedt immers heel wat potentieel. De consument heeft een ruimere keuze en geniet vaak ook van lagere prijzen, terwijl de dienstaanbieder de kans heeft om wat bij te verdienen.” De Commissie raadt lidstaten onder meer aan om duidelijk advies te voorzien voor burgers over wat hun rechten en plichten zijn en de participanten van de deeleconomie mogen niet onderworpen zijn aan overdreven regels en procedures.

 Van Bossuyt vindt echter ook dat we de traditionele sectoren die zich vaak benadeeld voelen en voor oneerlijke concurrentie vrezen, niet mogen vergeten. Daarom pleit ze voor een slimme en toekomstgerichte aanpak. “Laat ons de huidige regels tegen het licht houden met respect voor alle spelers op de markt. Iemand die sporadisch een kamer verhuurt, kan je moeilijk dezelfde regels opleggen als een hotel. Dat betekent niet dat de nieuwe spelers ongereguleerd mogen blijven. We moeten voor duidelijke regels gaan gebaseerd op zelfregulering en responsabilisering, zonder onnodige drempels en limieten.”