U bent hier
Efficiëntie terechte prioriteit in Europese energievoorstellen
De Europese Commissie heeft haar energiepakket voor een eengemaakte en milieuvriendelijke Europese energiemarkt gelanceerd. Het enorme pakket aan nieuwe wetgeving bestaat onder meer uit doelstellingen voor hernieuwbare energie en energie-efficiëntie tegen 2030, en een voorstel om de Europese energiemarkten beter op elkaar af te stemmen. Europarlementslid en lid van de energiecommissie, Anneleen Van Bossuyt (N-VA) reageert voorzichtig positief: ‘De nadruk op efficiëntie is de juiste keuze. Ik mis echter ambitie rond de uitbouw van de Europese energiemarkt.’
Wat die Europese energiemarkt betreft, roept Van Bossuyt op tot betere samenwerking: ‘We moeten tot een eengemaakte Europese energiemarkt komen, waarin Spanje verbonden is met Zweden en Vlaanderen met Griekenland. Wanneer de windmolens voor de Vlaamse kust stil staan, moet zonne-energie uit Griekenland dit kunnen opvangen. De Commissie toont te weinig ambitie. We moeten de lidstaten en naast elkaar liggende regio’s meer aanmoedigen om beter samen te werken.’
Van Bossuyt schaart zich wel achter het voorstel van de Commissie om voorrang te geven aan energie-efficiëntie: ‘We moeten inderdaad eerst energie besparen waar we kunnen, voordat we investeren in hernieuwbare bronnen. Dat geldt in de eerste plaats voor dichtbevolkte gebieden als Vlaanderen, die weinig plaats hebben om bv. te investeren in windmolenparken.’
Vlaanderen heeft overigens niet gewacht op dit Europees energiepakket en kwam eerder dit jaar al met een ambitieus energie-efficiëntie plan voor de overheid. Van Bossuyt: ‘De Vlaamse overheid heeft dit jaar voor de Vlaamse Overheid zelf het doel van 27% meer efficiëntie vooropgesteld. Ook de Europese regeringsleiders legden in 2014 dit percentage vast. Het doel van 27% is een erg ambitieuze uitdaging voor de gezinnen, bedrijven en de overheden, en is realistisch. Het voorstel van de Commissie ligt echter 3% hoger dan wat de lidstaten vragen. Laten we in 2023 de bestaande doelstellingen evalueren, en dan eventueel bijstellen.’
Ten slotte is Van Bossuyt tevreden met de koerswijziging van de Commissie rond hernieuwbare energie. De Commissie wil dat er 27% aan hernieuwbare energie op Europees niveau geproduceerd wordt. ‘Enkel met Europese doelstellingen zal er een markt ontstaan waar de efficiëntste investeringen in hernieuwbare energie op de juiste plaats gebeuren. Zonnepanelen leveren veel meer energie op in Sevilla dan in Gent, waarom leggen we onze Vlaamse daken er dan vol mee? Aparte doelstellingen per lidstaat rond hernieuwbare energie werken niet, hoewel ik uiteraard wel voorstander ben van de nationale klimaatplannen.’
De Raad van Ministers en het Europees Parlement behandelen de komende maanden deze waslijst aan voorstellen.